zondag 30 januari 2011

Ernie Brandts

Ernie Brandts. Held van het Nederlands Elftal op WK van 1978. Ik heb hem de hand geschud! Beroemd omdat hij de enige speler is die tijdens het WK in een wedstrijd zowel een gewoon doelpunt als een eigen doelpunt heeft gemaakt (Nederland – Italië 2-1, 21 juni 1978).

Tegenwoordig is hij trainer van APR (Armée Patriotique Rwandaise), de belangrijkste club van Rwanda. Het is de club verbonden aan het leger en staat op dit moment soeverein aan kop van de competitie. Negen wedstrijden gespeeld, alles gewonnen. Dus Ernie doet het zeker niet slecht hier en zorgt toch weer voor een beetje vaderlandse trots in den vreemde.

Gisteren speelde APR tegen Club Africain (uit Tunis) in de voorronde van de Afrikaanse Champions League. Om 15.30 was de aftrap, en vlak voor aanvang was ik bij het stadion. Het was veel minder druk dan vorige week, dus het kaartjes kopen ging deze keer heel soepel. Wederom 2.000 Rwandese francs.

De wedstrijd begon een beetje rommelig. Ik zag Ernie staan, af en toe aanwijzingen gevend. Na 15 minuten een vrij trap voor de Tunesiërs, een muurtje wordt opgesteld, maar tevergeefs, want de bal verdwijnt over het muurtje in de hoek (0-1). Haast noodgedwongen gaan de Rwandezen beter voetballen, met een paar kansen en dan plots vlak voor rust een ziedend schot. Raak (1-1). Het stadion veert op en viert het doelpunt massaal. Helaas is de vreugde van korte duur, een uitbraak aan de andere kant, een houdbaar schot, maar een grabbelende keeper en dat betekent een ruststand van 1-2.


In de rust heb ik nog even flink van gedachten gewisseld met een tweetal supporters. Deze waren zeer kritisch over de verrichting tot nu toe en waren van mening dat ze niet het goede systeem speelden. Het moest 4-4-2 zijn in plaats van 3-5-2. En het lag vooral aan nummer 3, die speelde als een krant. Arme nummer 3.

Na de peptalk van Ernie in de rust ging APR door met hun spel van voor de rust. Veelvuldig in de aanval, met een paar goede kansen, eenmaal de lat en eenmaal de paal, het leek niet meer te gaan lukken. De Tunesiërs leken ook veel slimmer, bij het minste of geringste lagen ze op de grond en werden met de brancard van het veld afgedragen om dan weer heel snel, zo fris als een hoentje, het veld weer in te gaan. Goede acteurs! Maar dan, een handsbal in het strafschopgebied, de supporters roepen om een penalty, de scheidsrechter aarzelt, raadpleegt de grensrechter en legt hem toch op de stip. Gejuich, en wederom gejuich als de strafschop onberispelijk wordt gemaakt (2-2). Met nog tien minuten te spelen lijkt alles nog mogelijk, maar toch gebeurt er niet al te veel meer en eindigt de wedstrijd in een gelijkspel.


Na afloop ben ik naar de spelersuitgang gegaan. Eerst de spelers van Club Africain. Toen hun bus weg was, kwamen de spelers van APR en ook Ernie Brandts. Ik riep Ernie en hij keek op, ben op hem afgelopen, heb hem de hand geschud en gefeliciteerd met het gelijkspel. En hem succes gewenst met de return over twee weken in Tunis. Hij zei nog iets over de onzekere situatie in Tunis en stapte in een auto. De spelers namen plaats in de spelersbus.

Update: Op 4 maart heeft APR met 4-0 verloren van Club Africain. Het avontuur in de Champions League voor Ernie is dit jaar weer afgelopen.

donderdag 27 januari 2011

Tijd is ....

Dinsdag was de laatste dag van onze 'In Country Training'. Alle werkgevers zijn ook uitgenodigd voor deze laatste dag. We krijgen een prachtig programma met als titel VSO Rwanda Employers’ Workshop. Het eerste onderdeel om 8.30 uur is aankomst en om 10.00 uur volgt de opening. Als toelichting werd gegeven dat we niet teleurgesteld moesten zijn als onze werkgever er nog niet gelijk om 8.30 zou zijn, waarschijnlijk zou de echte opening om 10.00 uur al een beetje ambitieus zijn. Wij moesten het vooral rustig aan doen ’s ochtends.  De 8.30 is vooral zo gekozen dat de daadwerkelijke aankomst nog binnen redelijke grenzen van de te gelden termijn ligt.

In de loop van de ochtend kwamen de meeste (helaas niet alle) werkgevers binnen, zodat we om 10.30 dan ook daadwerkelijk van start gaan. De verschillende sessies gaan over het duidelijk maken van de verwachtingen die we over en weer van elkaar hebben. En het was goed om het daar gezamenlijk over te hebben. Ook mijn werkgever was er zo rond 10.30, zijn naam is Bruno, en hij komt zeer sympathiek over, met een goede uitbundige lach, dus ik denk wel dat goed zal komen.

Waar het toch vaak weer over gaat is het verschillende begrip van tijd en van afspraken. Keer op keer wordt ons wel duidelijk gemaakt dat het Afrikaanse begrip hiervan nogal eens kan afwijken van de onze. Dus je moest er vooral rekening mee houden dat als je een afspraak op een bepaald moment hebt, dat deze nooit op tijd zal beginnen. En dat je er ook rekening mee moet houden dat je een uur van te voren hoort dat er opeens een vergadering is waar je niets van wist. Of dat er zo maar twee belangrijke evenementen tegelijk zijn en dat dus een aantal personen niet komen opdagen die er eigenlijk wal hadden moeten zijn. Er wordt ons vooral op het hart gedrukt om flexibel te zijn. Dus dat gaan we vanaf nu dus doen: flexibel zijn.

Gisteren was dan de dag dat we afscheid namen van ons guesthouse en dat we zouden worden opgehaald door onze werkgever die ons dan ook naar ons huis en zo mogelijk naar onze werkplek zou brengen. Bruno zou mij komen ophalen, hij heeft alleen een dubbele afspraak, want hij heeft die dag ook een conferentie, maar in de pauze zal hij mijn komen ophalen, dus ik kan hem verwachten tussen 12.00 en 14.00 uur. Wij zouden dan eerst naar mijn huis gaan, om de koffer daar achter te laten en dan naar kantoor voor uitgebreide eerste kennismaking.

In de loop van de dag druppelen de verschillende werkgevers binnen om vervolgens te vertrekken met hun nieuwe werknemers. Om de beurt zwaaien we onze medecursisten uit en wordt het groepje al kleiner en kleiner. De meeste mensen zijn leraar en gaan naar de diverse scholen om aldaar de leraren en hoofden van scholen te ondersteunen. Zij vertrekken naar alle uithoeken van het land.

Om 14.00 was Bruno er nog niet, maar ik ben flexibel, dus ik blijf rustig. Voor de zekerheid stuur ik wel even een sms-je. Ik krijg ook heel snel een antwoord met als inhoud dat hij op het punt staat om een presentatie te geven, dus hij kan niet komen, maar dat hij zijn medewerker Saphira zal sturen om mij op te halen. Ik denk nog wel: Als het oorspronkelijke plan was om die middag uitgebreid het kantoor te laten zien en hij heeft om diezelfde tijd zijn presentatie, hoe kan dat dan, maar ik ben flexibel, dus daar maak ik mij niet druk over. Misschien was zijn presentatie oorspronkelijk wel ’s ochtends en is het plotseling verschoven naar die middag.

Binnen een halfuurtje was Saphira er ook, nog gauw even afscheid genomen van de laatste achterblijvers en dan naar …. kantoor, om gauw even te zien waar deze is, en dan naar mijn huis. Plannen kunnen veranderen.

Vandaag de eerste dag op het kantoor, Bruno is nog steeds op de conferentie, Saphira is er gelukkig wel en er ligt heel veel leesvoer voor mij klaar. Dus dit is wel een goede manier om de eerste werkdag goed te beginnen.

zondag 23 januari 2011

Lessen over Rwanda

Voordat ik hier in het werk kan bij mijn werkgever heb ik hier in Rwanda een zogenaamde ‘In Country Training’. Ik zit hier met zo’n twintig mensen uit verschillende landen en van verschillende leeftijden die hier allemaal in de komende tijd gaan werken. In tien dagen krijgen wij allerlei lessen over Rwanda.

Wij zitten met zijn allen in het guesthouse Amani. Een Afrikaans guesthouse, waarin alles min of meer functioneert. Ik deel mijn kamer met Neil, een Engels leraar. Er is slechts 1 sleutel, dus af en toe moeten wij even duidelijk communiceren wie de sleutel heeft, maar dat heeft nog niet geleid tot grote problemen. Er is warm water, alleen heeft het er een paar dagen over gedaan voordat het werkelijk functioneerde, maar ach je kunt ook wennen aan een koude douche. ’s Morgens is er ontbijt en ’s middags en ’s avonds staan de lunch (warm) en het diner (warm) klaar. Het eten is uitstekend, het enige nadeel is dat het elke dag wel heel erg op elkaar lijkt. Het is nooit exact dezelfde, maar de variaties zijn wel minimaal en nu zo’n week hebben we alle variaties wel gehad.

De ochtend lessen bestaan uit het leren van het Kinyarwanda, de lokale taal van Rwanda. En dat leren van die taal valt niet mee, het is gewoon een moeilijke taal, en ik denk ook niet dat ik er veel van ga bakken. Op mijn werk zal de voertaal gewoon Engels zijn en mogelijk wat Frans, dus ik zal er op deze wijze niet zo veel mee van doen hebben. Het is gewoon wel handig om wat groeten en dergelijke paraat te hebben, dat wordt altijd wel gewaardeerd. En wie weet kan ik het ook nog wel gebruiken als ik eens een keer bananen ga kopen op de markt.


De lessen in de middag en de vroege avond hebben een andere inslag. Dat kan variëren van allerlei praktische zaken zoals tips voor de inrichting van je toekomstige huisvesting als een middag over de cultuur van Rwanda. Na een hele dag lessen over Rwanda is een ieder wel toe aan diner en een welver welverdiende vrije avond.


Vlakbij ons guesthouse is een bar met de naam ‘K’Umusa ve’, maar in de volksmond hebben we het over de containerbar. Het is namelijk een grote container waarin de barman is met de drankvoorraad, met daarbuiten een paar mooie Afrikaanse zitjes. Het bier komt er alleen in halve liter flessen en menige (niet elke) avond wordt de avond afgesloten in de containerbar met een koude Primus.

Burkina Faso – Rwanda 0-0

Mijn eerste Afrikaanse voetbalwedstrijd!! In de maand januari vond in Rwanda het Afrikaanse kampioenschap voor landenteams plaats van spelers jonger dan 17 jaar. Gisteren was de finale en tot nu was er wel een beetje aandacht voor, maar nu plotseling Rwanda tot de finale was doorgedrongen, werd het toch wel heel interessant.

Dus samen met Mark, een fatantieke Tottenham Hotspur aanhanger, ben ik op weggegaan naar het grote Amahoro stadion, waar de wedstrijd zou plaatsvinden. Wij zouden wel zien of en hoe we aan kaartjes konden komen. Na een halfuurtje lopen waren wij bij het stadion en het was, zo ruim een uur voor aanvang van de wedstrijd, behoorlijk druk. Wij zagen mensen met kaartjes lopen, maar waar we ze konden kopen? Ook bij navraag werd dat niet duidelijk. Plotseling was er een mannetje in een oranje shirt en een tas met daarin de te verkopen kaartjes. Gelijk doken er ruim dertig man boven op dit mannetje om kaartjes te bemachtigen. Hier waren we dus te laat.

Op een gegeven moment begon het patroon ons duidelijk te worden. Mannetjes kwamen te voorschijn en daar moest je dan snel bij zijn om een kaartje te bemachtigen. En op gegeven moment stond Marc er vlak bij en hij dook er met doodsverachting bovenop en wonderwal had hij twee kaartjes te pakken voor 2000 Rwandese francs per stuk. De kaartverkoop was een complete chaos, maar toch ook wel weer een ordelijke chaos. Als een kaartverkoper uitverkocht was, dan was dat ook zo, en dan droop een ieder die geen kaatje had ook gewoon weer af. Met een dergelijk systeem in Nederland waren er gewonden gevallen.

Toen moesten wij nog even in de rij staan voor de controle of wij geen rare voorwerpen het stadion zouden inbrengen. Ook mijn camera is gecontroleerd en dat heeft de politieman gedaan door een foto van mij te maken, waarschijnlijk om vast te stellen dat er niet mee geschoten kan worden. Het is best een aardige foto geworden…


Het stadion was intussen al aardig vol, maar wij hadden nog een mooi plekje vooraan achter het doel. Het publiek was duidelijk voor Rwanda, maar het merendeel was vrij rustig. Er waren twee gedeelten in het stadion waar de uitbundige supporters waren, sommige helemaal beschilderd en de meeste met vlaggen en verder nog verschillende vuvuzuela’s. Hier mag dat gewoon nog! Vlak voor het begin van de wedstrijd kwam de president van Rwanda, Paul Kagame, ook nog binnen, en dat zorgde voor een behoorlijk gejuich. De president heb ik dus al gezien, al is het van een afstand. In de eerste helft was Rwanda duidelijk de betere ploeg en hadden eigenlijk al een paar goals moeten maken. Het bleef echter 0-0.

Helaas hebben wij in de rust het stadion moeten verlaten, wij werden verwacht op een VSO diner die wij niet mochten missen, dus zijn wij, waarschijnlijk onder vele verbaasde blikken van de andere toeschouwers het stadion uitgelopen. Buiten was het nu heel rustig. In de bar vlak bij het VSO diner heb ik nog de laatste minuten van de wedstrijd op tv gezien. Het was inmiddels 2-1 voor Burkano Faso, en volgens mensen die de tweede helft gezien hadden was de tweede goal van Burkano Faso ten onrechte toegekend. De bal is niet over de lijn geweest!






vrijdag 21 januari 2011

Memorial

Vandaag stond er een bezoek aan het Kigali Genocide Memorial op het programma. Best wel heftig, maar het hele genocide verhaal speelt zo’n grote rol in dit land, dat het toch wel belangrijk is om daar al heel snel heengegaan.

Van te voren krijg je uit verschillende hoeken informatie over het Memorial en het is niet altijd eensluidend. De Britse High Commissionar noemde het een ‘dreadful museum’ vanwege de eenzijdig blik op de geschiedenis. Van een vrijwilliger bij het Memorial krijgen wij positievere verhalen. In het bijbehorende educatiecentrum brengt men middelbare scholieren van verschillende afkomst bij elkaar, die dan verschillende verhalen horen met als resultaat dat men meer begrip voor elkaar heeft en dat die scholieren ook zoiets hebben dat dit nooit weer mag gebeuren.

Uit de hele stad Kigali heeft men lichamen verzameld en in 14 grote betonnen bakken begraven met als doel om ze een fatsoenlijke laatste plek te geven. Ook is men begonnen om de namen van slachtoffers op de muur te plaatsen. Ik ben echter bang dat er niet genoeg muur is om maar iets van volledigheid te betrachten.

Binnen in het museum eerst een kleine toelichting. En dan valt toch wel rauw op het dak dat de eerste zin van de gids is: ‘This is the museum of the Tutsi genocide’. Je kunt niet anders dan onder de indruk zijn van sommige beelden en getuigenissen. En je afvragen hoe dat heeft kunnen gebeuren. Maar ik krijg toch een beetje een ongemakkelijk gevoel bij de boodschap die het museum uitstraalt. Die van:”Tot de Belgen kwamen was alles pais en vree, en de Belgen hebben dat hele onderscheid tussen Hutu’s en Tutsi’s gecultiveerd. Eerst ten faveure van de Tutsi’s en net voor de onafhankelijkheid ten gunste van de Hutu’s. Na 1 juli 1962 kwamen de Hutu’s aan de macht. Zij hebben een discriminatie politiek gevoerd die uiteindelijk heeft uitgemond in de genocide van 1994. Met als gevolg chaos en de logische overname van het land door de Tutsi’s onder leiding van Kagame. Met als conclusie dat de Hutu’s de daders zijn en de Tutsi’s de slachtoffers en dat nu dus alles weer goed is. Nu bestaan er gewoon geen verschillen meer en we hebben het er verder niet meer over.”

Het ongemakkelijke gevoel zit hem in twee boodschappen die worden uitgedragen. De eerste is dat men vindt dat er sprake is 1 Rwandees volk zonder onderscheid en wie dat betwist is niet vaderlandslievend. En tegelijkertijd wordt benadrukt dat we toch vooral niet moeten vergeten dat de ene groep dader is en de andere slachtoffer. Alsof het allemaal zo zwart-wit is.

Het was al met al een zeer interessante middag met veel ideeën om die dikke pillen over de geschiedenis van Rwanda toch maar eens even heel grondig te gaan lezen.
 

woensdag 19 januari 2011

Peace

Gisteren hebben wij een bezoek gebracht aan het hoofdkantoor van VSO in Kigali. Op het kantoor werken zo’n 20 mensen, waarvan 3 van Britse origine en de rest is lokaal personeel. Er was koffie, thee en wat lekkere snacks. We konden rustig rondkijken in het kantoor en met deze of gene een praatje maken.

Zo kwam ik ook even kort in gesprek met Peace (wat een prachtige naam, en ja, je gaat wel denken waarom haar ouders haar die naam hebben gegeven). En nadat ze mij vroeg over mijn familie heb ik ook aan haar gevraagd of zij familie heeft. En dan blijkt dat ze is geboren in Uganda, en haar ouders wonen daar nog steeds, en nu woont zij samen met haar broer bij haar oom, hier in Kigali. Aan de hand van deze gegevens ontkom je er niet aan om te proberen haar een plaats te geven in de hele historie van Rwanda.

’s Middags hadden we een ‘Culture session’, om aan de hand van enkele stellingen mogelijke culture shocks in kaart te brengen. En op een gegeven moment komt het dan toch ter sprake, de genocide, en de situatie rond de Tutsi’s en de Hutu’s. Uit deze sessie kwam naar voren dat het echt een ‘don’t’ is om te vragen of iemand een Hutu of een Tutsi is. En dat het direct vragen naar familie omstandigheden ook niet wenselijk is, omdat dan mogelijk het niet zo plezierige verleden naar boven kan komen. Ik ben dus ’s ochtends al flink de fout ingegaan, al is de verzachtende omstandigheid dat Peace eerst naar mijn familie heeft gevraagd. Er waren ook en paar Rwandezen van het hoofdkantoor bij aanwezig. En zij waren allen heel stellig in hun standpunt: “Wij weten niet van een ander of deze Hutu of Tutsi is, en wij vragen er ook nooit naar bij een ander en het maakt ons ook niets uit”.

’s Avonds hebben we bezoek gekregen van Nicholas Cannon, de High Commissionar (een sjiek woord voor ambassadeur) van de Britse ambassade. Hij gaf een zeer duidelijk verhaal over de historie van Rwanda en de stand van zaken op dit moment. Ik heb nog nooit een diplomaat zulke duidelijke taal horen spreken, en iedereen heeft dan ook met open oren zitten luisteren naar zijn exposé. Hij gaf duidelijk aan dat er zorgen zijn over de ontwikkelingen die op dit moment gaande zijn in het land, maar de Britse regering blijft wel steun geven aan Rwanda. De ontwikkelingshulp wordt zelfs nog uitgebreid, dit in tegenstelling tot Nederland. Volgens hem weet iedereen wel van elkaar wie ze zijn en dat er niet over gesproken mag worden. Het officiële regeringsstandpunt is dat er geen verschil is en je kunt gearresteerd worden als je de nationale staat in gevaar brengt door het er wel over te hebben. Het wrange is natuurlijk wel, dat er juist politiek wordt bedreven (benoemingen, bevolkingspolitiek) gebruik makende van deze verschillen.

Het was vooral heel schokkend om het verschil tussen de verhalen in de middag en de avond te horen. Dat geeft wel iets om over na te denken. En dan moet zo’n onschuldige conversatie van die ochtend hier ook nog een plaats in krijgen.

zondag 16 januari 2011

Een vreemde dag

Vandaag is een beetje vreemde dag. Gisteren aangekomen met het vliegtuig en morgen begint onze cursus over Rwanda. Wij zijn hier met een hele groep van zo’n 20 mensen die allemaal morgen beginnen.
Dus vandaag even uitslapen en dan allerlei praktische zaken regelen. Eerst krijgen we allemaal een lokale simcard. Spannend! De telefoon open peuteren, de oude simcard eruit en de nieuwe erin. Eerst maar eens een sms versturen. Per ongeluk een sms naar het 030 nummer, dat lukt natuurlijk niet. Dus nu gauw naar het 06 nummer, maar is deze aangekomen?
Dan toch maar even bellen dat ik goed ben aangekomen. Het Nederlandse code (31) en dan 00 ervoor, dat moet lukken. Hmm. Nee, dus. Ergens gelezen dat hier er 000 voor moet, nog een keer proberen, en ja hoor, daar is Wilma aan de lijn. Snelle verbinding en heel duidelijk. Fijn dat dat werkt.
Nu ook nog maar gauw even een sms met 000 ervoor versturen. Kijken welke sms is aangekomen, misschien wel allebei.

Met een flink aantal mensen gaan we nu naar het centrum van Kigali, om geld te wisselen en een dongel te kopen, zodat je overal op je eigen laptop kan e-mailen en surfen. Ik sta er versteld van wat er allemaal mogelijk is. Ik reken op e-mailen in internetcafés en op het werk, maar gewoon vanaf de laptop!?
Met de mutatu naar het centrum. En wat gaat dat geciviliseerd. Uit Kenia ken ik ook nog mutatu’s, maar dat gaat met veel geschreeuw gepaard en het busje wordt zo vol mogelijk gestapeld met zittende en staande mensen. Hier gaat het allemaal heel rustig en er zijn geen staanplaatsen.
We komen aan bij het grote winkelcentrum, waar deze zondag elke blanke van Kigali zich heeft verzameld om inkopen te doen in de Nakumatt of een ‘iced latte coffee’ te drinken in de Bourbon Coffee Shop. Massaal worden de dongels bij de lokale telefoonboer ingekocht.

Vanmiddag lijkt het wel een internetcafé in de guesthouse waarin we verblijven. Iedereen probeert het net op te gaan met zijn net aangeschafte dongel. Na wat gepruts en gemopper lijkt het te gaan lukken. Het lukt om http://www.google.nl/ en http://www.nu.nl/ (ik ben al weer op de hoogte van het laatste Nederlands nieuws), maar met hotmail en gmail lukt het nog niet zo hard. Het apparaat is wel lekker bezig, maar het duurt maar en duurt maar. Het zag er zo veelbelovend uit, overal internet op je laptop, maar de praktijk is altijd anders. Nog niet wanhopen, misschien wil iedereen nu tegelijk het net op. Later nog maar eens proberen….